De eigenschappen van witte toner instellen

    Opmerking:
  • De Vijfde station-instellingen zijn alleen beschikbaar wanneer een Vijfde station-module is geïnstalleerd op de printer. De beschikbaarheid van deze instellingen hangt af van het printermodel, de printercontroller en de configuratie van Vijfde station.
  • De opties Benoemde steunkleur, Tint aanpassen en Afdrukprioriteit zijn niet beschikbaar voor printers met EFI Fiery-controllers.
Wanneer Wit de special effect toner is die is geïnstalleerd:
  1. Klik aan de rechterkant van het instellingengebied op Vijfde station.
  2. Selecteer onder Special effect toner de optie Wit.
  3. Selecteer onder Doel verwerken een van de volgende opties:
    • Geen

      Er wordt geen special effect-toner toegepast. Elke steunkleur die wordt gebruikt, wordt met CMYK-waarden bewerkt.

    • Hele pagina

      De special effect-toner wordt op de gehele pagina toegepast.

    • Benoemde steunkleur

      De special effect toner wordt op een specifieke steunkleur in het afdrukbestand toegepast.

      Selecteer in het veld Steunkleurnaam een steunkleur uit de lijst of voer de naam van een steunkleur in. De naam van de steunkleur moet overeenkomen met de steunkleur die wordt gebruikt in het PDF-afdrukbestand. TotalFlow Prep geeft geen waarschuwing indien u een naam voor een steunkleur invoert die niet wordt herkend.

      Stel in het veld Steunkleurprioriteit in welke steunkleur prioriteit heeft boven andere steunkleuren.

    • Opgegeven objecten

      De special effect toner is alleen van toepassing op specifieke objecten. Selecteer een of meer objecten uit de lijst met opties die voor uw configuratie beschikbaar zijn.

  4. Voer onder Tint aanpassen een waarde in van 0 tot 100%.
  5. Onder Afdrukprioriteit selecteert u Kwaliteit of Snelheid.
    Wanneer de afdrukmodus is ingesteld op Snelheid, wordt de hoeveelheid special effect toner verminderd om een hogere afdruksnelheid mogelijk te maken.
  6. Voer onder Paginabereik het paginabereik in dat u met special effect toner wilt afdrukken.
  7. Geef onder Spiegelen aan of alle vellen in de taak moeten worden gespiegeld.
    De functie Spiegelen is van toepassing op de hele afdruktaak, zelfs als u een paginabereik instelt voor de andere opties van Vijfde station.

Klik voor meer details over een bepaalde instelling op de knop Help om de help voor het veld op het scherm weer te geven.